Zorg in de wijk én zorg concentreren.
Hoe zien we dat?
Bij GGNet bieden we psychiatrische zorg aan mensen die dat het meest nodig hebben. Dat doen we het liefst in de leefomgeving van deze mensen. Zodat het dagelijkse bestaan zoveel mogelijk door kan gaan en mensen onderdeel blijven van de maatschappij. We hebben daarom de komende jaren als ambitie om onze zorg en expertise dichterbij de inwoners te brengen. Wijkgericht of digitaal als dat aansluit op de zorgvraag. Of soms door onze samenwerkingspartners extra handvatten te geven in de ondersteuning die zij kunnen bieden. Voor de mensen die meer intensieve of klinische zorg nodig hebben, bieden we die zorg op enkele plekken in de regio. Omdat die zorg te specialistisch en (arbeids)intensief is om op veel verschillende locaties aan te bieden.
Kortom: enerzijds bieden we onze zorg zo dicht mogelijk bij de mensen met een hulpvraag, anderzijds concentreren we onze intensieve (klinische) zorgverlening op enkele plekken in de regio. Hoe hangt dit met elkaar samen? We vragen het bestuurder Jochanan Huijser en programmamanager Hoog Intensieve Klinische Zorg (HIKZ) Ester van Beek.
Jochanan: “De beweging ‘Van zorg naar gezondheid’ is niet compleet nieuw of anders. Het bouwt voort op herstelondersteunende zorg. De brede visie hierachter is dat we niet alleen naar het symptomatisch herstel kijken, maar naar wat iemand ook op andere fronten nodig heeft om te herstellen en maatschappelijk weer mee te kunnen doen. Systemisch kijken, zodat er oog is voor het geheel. Vanwege die brede blik op ‘gezondheid’ willen we de zorg zo veel mogelijk organiseren daar waar de patiënt is. Dus begeven we ons als organisatie meer en meer in diens leefomgeving, de wijk in. Dit is zowel een fysieke beweging, als een verandering in ons denken en handelen.”
Landelijk groeit ook het besef dat de ggz niet de enige is die een bijdrage kan leveren aan de mentale veerkracht van mensen. Huisartsen, sociaal domein, verslavingszorg, ervaringsdeskundigen, andere welzijnsorganisaties… Allemaal kunnen we een steentje bijdragen. De komende jaren versterken we die samenwerking in mentale gezondheidsnetwerken. Waar we allemaal een stukje expertise inbrengen om hulpvragen van mensen in de breedte aan te pakken. Waar mogelijk dus dichtbij die inwoner.
Jochanan Huijser, Zorginhoudelijk bestuurder
Ester van Beek, Programmamanager Hoog Intensieve Klinische Zorg (HIKZ)
Specialistische zorg op het terrein in Warnsveld
Ester: “Tegelijkertijd weten we dat er altijd mensen zijn die meer intensieve zorg nodig hebben. Die zorg kan niet in elke stad of dorp geboden worden, omdat het daarvoor te specialistisch of (arbeids)intensief is. Voor hen brengen we onze hoog intensieve klinische zorg en expertisecentra samen op GGNet-locatie Groot Graffel in Warnsveld en enkele andere plekken in de regio. Het uitgangspunt van GGNet voor klinische opname is: zo kort als mogelijk, zo lang als noodzakelijk. Wij zien een opname dan ook als tussenfase in een lopende ambulante behandeling. Er gaat iets aan vooraf, er komt iets na; een weg die wij zorgvuldig samen met onze patiënten en hun naasten bespreken en bewandelen.”
Jochanan licht toe: “Niet alle specialistische zorg kan dichtbij worden georganiseerd. We moeten een goede balans vinden tussen de reisafstand en de schaalvoordelen die het concentreren van specialistische zorg oplevert. Belangrijk om te benadrukken is dat we zorg blijven bieden in de steden waar de HIC’s vertrekken. Zo blijven onze crisisdiensten daar actief, onze ambulante zorg en acute deeltijd.”
In Warnsveld bouwen we op dit moment een nieuw behandelhuis, De Dries. In De Dries komen poliklinische en deeltijdvoorzieningen van verschillende specialismen. Hiermee wordt deze specialistische zorg op één plek gebundeld voor een optimale samenwerking. Op het terrein staat ook HIKZ de Spreng: dat is de locatie waar hoog intensieve zorg samenkomt.
De Dries
De naam is gekozen uit inzendingen van GGNet-medewerkers. Vanwege de mooie symboliek is gekozen voor de naam: De Dries.
Een dries is een aan de rand van of in een dorp gelegen open ruimte, die gemeenschappelijk eigendom was van de dorpsbewoners. Dit sluit mooi aan op het gemeenschappelijk gebruik van het gebouw door verschillende specialistische afdelingen van GGNet. De naam past ook goed bij het ontwerp van het gebouw, met drie vleugels en een centraal hart.
Op de plaats van de bouw stond voorheen gebouw De Mate. Dat gebouw is circulair gesloopt en materialen die daaruit vrij zijn gekomen worden opnieuw gebruikt. Jochanan vertelt hierover: “De stenen die circulair gesloopt zijn uit ‘De Mate’ worden niet alleen hier, maar ook op andere plekken in de omgeving hergebruikt. Het staat voor mij symbool voor de functie van dit gebouw; het verder brengen van expertise in de regio.”
In de Dries komen de volgende specialismen:
- eetstoornissen (GGNet Amarum),
- LVB en psychiatrie (VGGNet),
- poli complex trauma (PCT),
- persoonlijkheidsproblematiek (GGNet Scelta) en
- Diagnostiek Centrum (DC).
In De Spreng komen de volgende specialismen:
- High Intensive Care afdelingen van Apeldoorn en Doetinchem
- de Intensieve Vervolgbehandeling uit Apeldoorn
- een deel van het forensisch expertisecentrum De Boog
- de klinische psychiatrische zorg voor mensen met een licht verstandelijke beperking, VGGNet.
Wat is de meerwaarde van deze concentratie voor GGNet? Jochanan: “Laat ik er een paar aspecten uitlichten. Om te beginnen: waar verschillende expertises elkaar tegenkomen, ontstaat een omgeving waar steeds weer van elkaar geleerd kan worden om de zorg te verbeteren. Collega’s van verschillende disciplines komen elkaar tegen en wisselen kennis en inzichten uit. Die kruisbestuiving zien we nu al. Het is veel praktischer én inclusiever als alle faciliteiten beschikbaar zijn voor iedereen. De nieuwbouw draagt dus ook bij aan het verlenen van zorg voorbij loketten en labels.”
“Goede huisvesting met moderne middelen waarmee we patiëntgericht kunnen werken draagt ook bij aan het aantrekken van nieuwe medewerkers. Anderzijds komen we ook beter uit met de mensen die we beschikbaar hebben. Voor 24-uurs zorg op verschillende locaties heb je nu eenmaal meer mensen nodig dan voor 24-uurs zorg op één plek. Dus ook met het oog op de krapte op de arbeidsmarkt en de werkdruk is de nieuwe huisvesting van meerwaarde, maar voor ons is kwaliteit van zorg wel het belangrijkste.”
Hoe gaat de aanwezigheid van GGNet in de wijken eruitzien?
Jochanan: “In de wijken bevinden zich zoals gezegd tal van andere partijen die onze patiënten zorg en ondersteuning kunnen bieden. Met deze partners verstevigen we onze samenwerking zodanig dat we écht samenwerken en zodat we onze adviserende rol aan hen kunnen uitbouwen. Een patiënt met bijvoorbeeld depressieve klachten, schulden en een ongezonde woonomgeving heeft mogelijk in de eerste plaats schuldhulp nodig en huisvesting die rust biedt en pas in tweede instantie een ggz-behandeling. Wat is nodig, wie doet wat en in welke volgorde? Daar draait het om. Systemisch kijken naar de vraag, en daar het juiste pad voor inrichten. Overigens is het niet zo dat al onze medewerkers straks de hele dag door de wijk rijden. Zoals Ester al zei: clustering van therapie en behandeling blijft nodig.”
Hoe vullen de zorg in de wijk en de zorg op het terrein in Warnsveld elkaar aan? Jochanan: “De zorg in Nederland is ontzettend gefragmenteerd geraakt. Met schulden moet je bij dit loket zijn, voor de aanpak van je verslaving bij dat loket, voor een depressiebehandeling bij de ggz. Daarbij komt dat elk loket ook weer een aparte financiering kent. Dit is vooral moeilijk voor mensen met problemen op meerdere fronten. Deze multiproblematiek is bij de patiëntengroep van GGNet eerder regel dan uitzondering. Een integrale aanpak van de problematiek is door de verkokering van de zorg vaak een hele uitdaging. Het wijkgericht organiseren van de zorg in een netwerk maakt een integraal aanbod meer mogelijk. Ester: “Onze medewerkers zijn ontzettend goed in het duiden van die complexe problematiek: hoe zit de kluwen in elkaar? Door vervolgens samen met de patiënt en naasten te kijken wie wat doet, kunnen we het zelfoplossend vermogen van het systeem versterken en daar aanvullen waar hulp nodig is. Hierdoor kan ieder het eigen vakmanschap optimaal inzetten inclusief de patiënt zelf en diens naasten. En komen we er in de leefomgeving niet uit en is hoog intensieve ggz nodig, dan zijn patiënten in Warnsveld op de best denkbare plek.”