Vaktherapie omvat veel. Heel veel. Het gaat over regie durven pakken en ruimte innemen. Over emotiebeheersing, inlevingsvermogen en zingeving. Over het overwinnen van angsten en versterken van je zelfbeeld. ‘Cliënten leren in vaktherapie heel veel over zichzelf en de wereld om hen heen.’
‘Bij muziektherapie kan ik me even normaal voelen, zei een van mijn cliënten’

Ids ten Dam, muziektherapeut
‘Nieuwe dingen proberen is soms spannend als je alles meteen perfect wil doen. Maar ik leer bij muziektherapie dat je ook fouten mag maken en moet doorgaan met oefenen. Ik ben dankzij muziektherapie een stukje minder onzeker en ga lastige uitdagingen minder snel uit de weg. Ook durf ik nu te zingen en gitaar te spelen in het bijzijn van anderen.’
Muziektherapeut Ids ten Dam is geroerd door de woorden van zijn cliënt van VGGNet. “Mensen denken weleens dat vaktherapie – drama, psychomotorisch, beeldend en in mijn geval muziek – alleen maar leuk is of een vorm van dagbesteding. Maar het is zó veel meer. Cliënten leren er heel veel over zichzelf en de wereld om hen heen.”
Wat klei oproept
Vaktherapeuten werken met andere middelen dan taal. “Voor mij zijn dat creatieve middelen”, zegt beeldend therapeut Merel Staal. “Potloden, stiften, verf, papier, klei, noem maar op. Die middelen roepen van alles op, dagen uit, schrikken soms af en leggen gedragspatronen bloot. Vaktherapie is heel ervaringsgericht.
Tegen iemand die telkens wordt overspoeld door verdriet, zeg ik bijvoorbeeld: ‘Laat het maar even opkomen en probeer je emoties in een beeld te verwerken.’ Via het middel merken mensen vaak wat ze voelen: enthousiasme, frustratie, woede, verdriet, ... Een homp klei nodigt de een uit om er hard in te knijpen, terwijl een ander het misschien niet durft aan te raken uit onzekerheid.
Ook aan lichaamshouding, mimiek en de plek die cliënten in de ruimte innemen valt veel af te lezen. Dat probeer ik te benoemen en te bevragen, wat erg waardevol is voor mensen die moeite hebben hun emoties te ervaren of te uiten.” “En voor mensen die er juist veel over nadenken”, vult Ids aan.
Vaktherapie kan heel wat losmaken. En daarvoor hoeven cliënten niet kunstzinnig te zijn. Ids: “Samen naar muziek luisteren die herinneringen oproept, kan al een goede aanleiding zijn voor een gesprek over iemands jeugd.” Merel: “Het gaat niet om iets moois maken, maar om iets meemaken.”
‘Het gaat niet om iets moois maken, maar om iets meemaken’

Merel Staal, beeldend therapeut
Hard trommelen Vaktherapeuten behandelen transdiagnostisch. Ze richten zich niet op specifieke aandoeningen, maar op diagnose-overstijgende factoren. “Op spanningregulatie bijvoorbeeld”, licht Ids toe. “Hoe voelt spanning? Wanneer voel je het? Waar komt het vandaan? We sluiten aan bij de cliënt en werken herstelgericht. Stel, we gaan allemaal heel hard trommelen en jij moet ‘stop’ zeggen als het je teveel wordt. Kun je dat? Voel je het goed aan? Of reageer je te laat en raak je toch overprikkeld?”
Merel: “Wat in het therapielokaal gebeurt, gebeurt vaak ook op andere levensgebieden. Iemand raakt bijvoorbeeld van streek, omdat het schilderij niet lukt zoals die het bedoeld had. Of omdat iemand er commentaar op geeft. Dan vraag ik: ‘Wat gebeurt er nu bij jou? Herken je dat? Komt dat vaker voor?’ En: ‘Wat doe je dan? Kun je alternatieven bedenken?’. Met zo’n alternatief kunnen we in de veilige omgeving van het lokaal meteen oefenen. Een cliënt met belemmerend perfectionisme moedig ik bijvoorbeeld aan om een tekening niet af te maken of zelfs door te scheuren. En te benoemen wat wél goed is gegaan. Als dat kwartje valt, als cliënten herkennen wat het middel hun laat zien, … dat is fantastisch.”
Niet te veel nadenken
‘Ik zie het een beetje als ‘wild mogen worden’, losbreken van dagelijkse problemen’, deelt een van Merels cliënten over het proces dat zij heeft meegemaakt. ‘Lak hebben. Niet te veel denken, vooral doen.’ Al is dat soms nog best lastig. ‘Ik ken iemand die heel goed is met aquarel. Dat kan ik dan toch niet zo goed uitstaan, dan ga ik zo vergelijken met die andere mevrouw.’ Maar doordat ze vrijer is geworden, kan ze al wat beter afstand nemen, ook in het dagelijks leven. ‘Ik maak me minder druk om het oordeel van anderen. Ik kan beter voelen wat ik zelf vind, wil en nodig heb.



Gezond gedrag
Vaktherapie biedt mogelijkheden om belemmerende (denk)patronen om te buigen naar gezond gedrag, vertelt Ids, die ook met cliënten van De Boog werkt. “In hun behandeling ligt veel nadruk op het voorkomen van recidive. Zingeving en een gezonde vrijetijdsbesteding zijn daar onderdeel van en kun je met vaktherapie stimuleren. Zo heb ik een cliënt die de hele week bijna niets doet. Dat hij naar muziektherapie komt, is heel wat; muziek maken doet hem goed. Op de afdeling waar hij verblijft, staat daarom nu een keyboard, om die gezonde hobby te stimuleren.”
Merel werkt veel met ouderen. “Voor deze doelgroep is het heel waardevol om het vermogen tot spelplezier weer op te wekken, om te werken aan het lerend vermogen en hun gevoel weg te nemen dat ze niet meer kunnen meekomen. Dat vraagt op latere leeftijd meer tijd, maar ik zie zulke mooie dingen gebeuren! Cliënten die iets na veel oefenen onder de knie krijgen en daar voldoening en trots uit halen. Of ontspanning vinden in creatieve expressie en daardoor meer in verbinding komen met zichzelf. Dat is zo belangrijk voor een fijne oude dag.”
Kwetsbaar en trots
“Een van mijn cliënten van De Boog vertelde dat muziektherapie voor hem een plek is waar hij zich normaal kan voelen. Waar hij even kan loslaten waarmee hij rondloopt. Zelf heb ik hem zien veranderen van een defensieve, gesloten jongen in iemand die vrolijk binnenkomt, initiatief neemt en veel deelt. Hij maakt prachtige teksten en kan goed rappen. We nemen weleens een nummer op dat hij vaak teruggeluisterd en ook aan anderen laat horen. Hij is trots op wat hij maakt. En zijn muziek helpt hem zich kwetsbaar op te stellen en verbinding te maken met anderen. Echt geweldig.”
