Transfertafel
Waar is een inwoner het snelst en best geholpen
In de transfertafel gaan ggz, huisartsenzorg en organisaties in het sociaal domein met elkaar in gesprek over én aan de slag met passende zorg of begeleiding voor inwoners in de regio. De kern is de vraag: waar is een inwoner het snelst en best geholpen.
Deelnemers aan de transfertafel bespreken zowel actuele, concrete hulpvragen van cliënten als ontwikkelingen in het werkveld:
- Voor actuele hulpvragen van inwoners bekijken de deelnemers aan de transfertafel samen welke zorg of ondersteuning passend is. Wat draagt bij aan het herstel van deze inwoner op dit moment en wie kan die zorg en/of ondersteuning het beste bieden? Welke plekken zijn er beschikbaar, wat is de wachttijd en zijn er mogelijkheden om de inwoners tussentijds te ondersteunen?
- Doet zich een bepaalde (problematische) situatie herhaaldelijk voor, dan komt de vraag op tafel: (hoe) kunnen we hier samen, preventief en structureel, een oplossing voor bedenken?
Foto: Brainstorm over toekomst transfertafel.
Opbrengsten
Apeldoorn De transfertafel in Apeldoorn heeft mooie resultaten geboekt. Een impressie:
- in de eerste twaalf maanden van de transfertafel, zijn zeshonderd mensen passend verwezen;
- 44% werd van de specialistische ggz doorverwezen naar ‘snellere’ sggz: partijen waar de wachttijden korter zijn;
- 15% kon van de sggz naar de basis ggz doorverwezen worden;
- 10% kon zelfs direct in het sociaal domein terecht.
Zutphen In mei 2023 is de transfertafel in Zutphen gestart. Professionals van de deelnemende partijen komen tweewekelijks bij elkaar om casussen te bespreken, wachtlijsten en -tijden in beeld te krijgen en elkaars aanbod te verkennen.
Hoe verder De komende twee jaar ontwikkelen we de transfertafels door. Dit doen we door de transfertafel op te nemen in de Mentale Gezondheidsnetwerken die we oprichten naar aanleiding van het Integraal Zorg Akkoord.
Ervaringen uit de praktijk
‘We zijn nu écht partners, die beweging is goed in gang gezet’
Martin, wat is in jouw ogen de meerwaarde van de transfertafel? ‘Dankzij het netwerk dat we samen hebben gecreëerd, weten we elkaar makkelijker te vinden en begrijpen we elkaar ook beter. Aan de transfertafel bespreken we wat er speelt en lossen we samen op wat is vastgelopen. Helaas zien we, ondanks de stappen die we zetten, dat de wachtlijst – door meerdere ontwikkelingen – verder is opgelopen. Dat maakt het lastig om het effect van de transfertafel te meten. Maar we voelen het effect als deelnemers wél.’ Wat heeft Weg met de Wachtlijst! jou als professional gebracht? ‘In mijn werk is de transfertafel de belangrijkste opbrengst van Weg met de Wachtlijst! De consultatiefunctie van GGNet voor de huisartsenpraktijk – ook een zeer relevant deelproject – was in mijn werkgebied al ingericht en wordt nu ook in andere regio’s op poten gezet. Daar wordt steeds meer gebruik van gemaakt, maar het is nog te vroeg om iets te kunnen zeggen over het effect daarvan. Een derde belangrijke opbrengst van Weg met de Wachtlijst! zijn de wegwijzers. Zij zorgen voor meer verbinding met het sociaal domein – iets waar het IZA ook op aanstuurt. Al met al hebben we samen de verbinding tussen het zorgdomein en sociaal domein met Weg met de Wachtlijst! al goed versterkt. We zijn nu écht partners in onze overleggen, die beweging is goed in gang gezet!’ Wat wens je het IZA toe? ‘Mijn wens voor het vervolgtraject is in de eerste plaats: ruimte. Het IZA beoogt transformatie en ruimte voor ontwikkeling, maar voelt in de praktijk nog als een rem. Zonder de IZA-kaders waren we in Apeldoorn echt al verder geweest. De kaders worden gesteld, waarbij voorbeelden niet zozeer als inspiratie worden gepresenteerd, maar haast als waarheid. Terwijl ik geloof dat er nu vooral ruimte nodig is, en lef, om breed te blijven kijken en te kunnen experimenteren, juist in de eigen regio.
Wat ons ook verder brengt, is het beter monitoren en in kaart brengen van de effecten van ons werk. Maar dan moet er wel een gelijk speelveld zijn. Verschillende organisaties hanteren nu bijvoorbeeld verschillend beleid op de wachtlijst. Als je daarvan dan de effecten naast elkaar legt, vergelijk je appels met peren. Om echt te veranderen moet ieder wat autonomie inleveren ten gunste van de gezamenlijke werkwijze en gedeelde verantwoordelijkheid in de regio.’